Nederland is begonnen met het vaccineren van zorgpersoneel in de acute as tegen COVID-19. Maar wat zijn de adviezen voor zwangere collega’s: vaccineren of niet? Op dit moment raden het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en het College ter Beoordeling van Geneesmidelen (CBG) aan om de vaccinatie uit te stellen tot na de zwangerschap, omdat er nog onvoldoende bewijs is dat de vaccinatie veilig is (1,2). 

De Nederlandse Vereniging van Gynaecologie en Obstetrie (NVOG) heeft op het moment van schrijven nog geen standpunt ingenomen.

Opvallend genoeg zijn in het buitenland andere standpunten van landelijke adviescentra en beroepsverenigingen ten aanzien van de vaccinatie in de zwangerschap, en wordt dit juist (in specifieke gevallen) aangeraden. Wij zochten voor je uit hoe dit precies zit.

Risico van COVID-19 infectie in de zwangerschap

Het RIVM geeft aan dat er tot een zwangerschapsduur van 28 weken geen extra risico op besmetting of ziekte door het coronavirus SARS-CoV-2 is. Ook is er geen verhoogd risico op een miskraam of congenitale afwijkingen (1).

Men dient zich er echter van bewust te zijn dat er een aantal zaken anders zijn tijdens de zwangerschap. Zo zijn er veranderingen in de bloedstolling (en hierdoor een verhoogd risico op trombo-embolieën), is er een afname van de longcapaciteit naarmate de buik groeit en afname van de immuunrespons. Dat is extra nadelig gezien de symptomen van de SARS-CoV-2 infectie zoals we die inmiddels kennen, zoals de pulmonale klachten, koorts en een additioneel verhoogd risico op veneuze trombo-embolieën. 

Hoewel initieel lang gedacht werd dat zwangeren geen verhoogd risico lopen, zijn er recent onderzoeken verschenen die suggereren dat zwangere vrouwen in vergelijking met leeftijdsgenoten mogelijk toch een verhoogd risico hebben op een ernstiger beloop van een SARS-CoV-2 infectie. Het absolute risico is nog steeds laag, maar het relatieve risico op een intensive care (IC) opname of mortaliteit lijkt mogelijk hoger te zijn. Bij zwangere patiënten met co-morbiditeiten (obesitas, diabetes mellitus) is dit risico mogelijk nog iets hoger. Vanwege deze aanwijzingen heeft het Centers for Disease Control (CDC) in de Verenigde Staten een zwangerschap toch geduid als een risicofactor voor een ernstiger beloop bij een SARS-CoV-2 infectie (3). Dat het RIVM daar momenteel anders over denkt is niet gek: gezien de huidige mate van wetenschappelijk bewijs kan er beide kanten op geredeneerd worden.

De Public Health Agency in Zweden heeft geanalyseerd hoeveel zwangere en postpartum vrouwen met een ernstig acuut respiratoir syndroom bij een SARS-CoV-2 infectie in maart en april 2020 op de IC in Zweden zijn behandeld.
In totaal werden 53 vrouwen in de leeftijd van 20-45 jaar met SARS-CoV-2 infectie gerapporteerd, en 13 van deze vrouwen waren zwanger of postpartum (<1 week na de bevalling). Het risico om op de IC te worden opgenomen was hoger bij zwangere en postpartum vrouwen met laboratorium-bevestigde SARS-CoV-2, vergeleken met niet-zwangere vrouwen van vergelijkbare leeftijd, zie tabel 1 (4). Of dit echter komt door een ernstiger beloop van het ziektebeeld, of doordat zorgverleners extra voorzichtig zijn juist vanwege deze zwangerschap, is niet bewezen. De voorzichtigheid van zorgverleners is wel aannemelijk, en wordt ook in dit artikel beschreven.

Risico’s van vaccinatie tijdens de zwangerschap

Over de risico’s en het beloop van een SARS-CoV-2 infectie tijdens de zwangerschap is het laatste woord dus nog niet gezegd. En mogelijk is er een iets verhoogd risico op een ernstiger beloop. Maar wat zijn dan de risico’s van vaccineren tijdens de zwangerschap?

Er zijn geen risico’s bekend over het geven van niet-levende vaccins tijdens de zwangerschap, zoals de mRNA-vaccins van Pfizer/BioNtech en Moderna. Deze bevatten immers geen viruspartikels. Deze vaccins kunnen daardoor niet repliceren, en geen infectie veroorzaken bij de vrouw of het ongeboren kind. Doordat het mRNA niet in de nucleus van de cel komt, kan het geen genetische modificatie veroorzaken. Er zijn geen aanwijzingen voor risico voor de foetus op basis van theoretische kennis van het vaccin. Dit is echter niet onderzocht in de praktijk omdat zwangeren geëxcludeerd werden in de initiële studies.

Er zijn geen veiligheidssignalen gegenereerd uit Developmental and Reproductieve Toxicology (DART)-onderzoeken voor de Pfizer/BioNtech en Moderna COVID-19 vaccins.

Verdere onderzoeken om deze veiligheid te onderzoeken volgen en de resultaten komen te zijner tijd op de website van de Society for Maternal and Fetal Medicine te staan.

De verwachte bijwerkingen van het vaccin zijn mild en met name na de tweede vaccinatie kan koorts ontstaan, waarvoor het advies is om paracetamol te gebruiken (7,8,9).

Risico’s van vaccinatie op borstvoeding

Er zijn geen aanwijzingen dat het Pfizer/BioNtech vaccin in de moedermelk komt en via de borstvoeding bij het kind kan komen. Het RIVM adviseert daarom dat er wel borstvoeding gegeven mag worden.

Wat zijn dan de internationale adviezen?

Het Royal College of Obstetrics and Gynaecologists (RCOG) en de Joint Committee on Vaccination and Immunisation (JCVI) 

Verenigd Koninkrijk

Vaccinatie tijdens de zwangerschap moet overwogen worden wanneer het risico van blootstelling aan SARS-CoV-2 hoog is en niet kan worden vermeden, of wanneer de vrouw onderliggende aandoeningen heeft waardoor ze een zeer hoog risico op ernstige complicaties van een SARS-CoV-2 infectie loopt.

Hoewel de beschikbare gegevens geen veiligheidsrisico of gevaar voor zwangerschap aangeven, concluderen de RCOG en JCVI dat er onvoldoende bewijs om routinematig gebruik van COVID-19-vaccins tijdens de zwangerschap aan te bevelen.

Het JCVI adviseert geen routinematige zwangerschapstests voordat een COVID-19-vaccin is toegediend. Degenen die proberen zwanger te worden, hoeven zwangerschap na vaccinatie niet te vermijden (5). 

American College of Obstetricians and Gynecologists (ACOG) en Advisory Committee on Immunization Practices (ACIP)

Verenigde Staten

ACOG beveelt aan om COVID-19-vaccins niet te onthouden aan zwangere personen die voldoen aan de criteria voor vaccinatie op basis van door Advisory Committee on Immunization Practices (ACIP) aanbevolen prioriteitsgroepen.

Het ACOG raadt aan dat zwangere personen de vrijheid zouden moeten hebben om hun eigen beslissing te nemen door de gezondheidsstatus en risico op infectie te bespreken met de eigen behandelend arts. Belangrijke overwegingen zijn onder meer (3,6)

  • De mate van activiteit van de pandemie in de gemeenschap
  • Risico van blootstelling, op werk/thuis
  • Het mogelijke risico en de ernst van maternale ziekte, inclusief de effecten van de ziekte op de foetus en de pasgeborene
  • De potentiële werkzaamheid van het vaccin
  • Veiligheid van het vaccin voor zwangere vrouwen.

Society for Maternal and Foetal Medicine

Verenigde Staten

Geeft het advies de zwangere toegang te geven tot het vaccin. Maak middels shared-decision making een keuze om te vaccineren tijdens de zwangerschap.

Discussie

Amerikaanse SEH-artsen die zwanger zijn delen op social media hun foto met de vaccinatie. Op de blogsite van FOAMcast bespreekt een Amerikaanse SEH-arts de voordelen en nadelen van de vaccinatie en uiteindelijk kiest ze zelf voor de vaccinatie. In Nederland wordt het vaccin in de zwangerschap voor de zekerheid nog afgeraden door gebrek aan wetenschappelijke onderzoeken over de veiligheid tijdens de zwangerschap. Dit ondanks dat er dus ook geen kennis is over onveiligheid van het vaccin.

Momenteel zitten we in Nederland in een fase waarbij er dagelijks veel besmettingen en ziekenhuisopnames zijn, waardoor de blootstelling binnen de acute zorg (waaronder op de spoedeisende hulp) hoog is. In de internationale literatuur zijn er enige aanwijzingen dat een SARS-CoV-2 infectie gevaarlijk kan zijn voor zwangeren, maar er is geen hard bewijs. De afweging om te kiezen voor een vaccin, waarbij de veiligheid in de zwangerschap nog niet bewezen is, moet daardoor goed afgewogen worden tegen de individuele risico’s op een infectie en op het beloop van een infectie en de mogelijkheid van de zwangere om blootstelling aan SARS-CoV-2 te voorkomen.

Bottom line

  • Er zijn enkele aanwijzingen dat SARS-CoV-2 infectie een ernstiger beloop kan hebben in de zwangerschap met mogelijk een verhoogd risico op een IC-opname, maar hiervoor is geen hard bewijs
  • Momenteel is er in Nederland een grote kans op blootstelling voor zorgmedewerkers aan SARS-CoV-2 in het ziekenhuis door het hoge aantal besmettingen
  • De veiligheid van de Pfizer/BioNtech en Moderna vaccins in de zwangerschap zijn (nog) niet onderzocht en daarom kan de veiligheid niet gegarandeerd worden, echter zijn er geen aanwijzingen dat de vaccins schadelijk zijn voor moeder en foetus
  • De effectiviteit van het Pfizer/BioNtech is momenteel pas voor een duur van 2 maanden bewezen (10)
  • De keuze om voor een vaccinatie te kiezen in de zwangerschap zou een persoonlijke keuze moeten zijn, waarbij de risico’s van een SARS-CoV-2 infectie worden afgewogen tegen de (nog onbekende) risico’s van de vaccinatie

Disclaimer

De kennis over COVID-19 breidt zich continu uit. Wij hebben bij de totstandkoming van deze post getracht de meest recente literatuur op dit moment overzichtelijk samen te vatten. De post is geschreven voor zorgprofessionals. Raadpleeg uw (huis)arts over uw persoonlijke vragen of situatie.

Pin It on Pinterest

Share This